dinsdag 5 augustus 2008

Over naaldjes en prikjes ...

De prik deed gotverdomme pijn.
Ze doen altijd pijn, die smerige prikken.
Hij, of zij die zegt dat ze het niet voelen, geloof me vrij, die liegen.
Liegen is op dat moment al hun tweede natuur geworden.
Ze liegen erover, omdat ze zelf hun hele leven al voorgelogen zijn.
Dus waarom zouden ze zelf ook niet lhun eigen leugens als waarheid verkopen ?
De wereld hangt immers aan elkaar van de leugenaars, dus waarom zou je zelf nog de waarheid willen spreken ? Je bent immers niet meer dan het zoveelste kuddedier, dus lieg je gewoon gezellig mee met de anderen, je ganse leven aaneen. Niet ?
Wel, ik denk er wel even anders over, maar dat gebeurt me wel vaker.
Neen, de prik deed verdomme pijn.
De naald dreef zich een weg in mijn vlees, en er ontploftte een kleine kernbom in mijn hersenen. Een vlammende superhete tong van vuur, likte aan agressie, haat en aan de meest destructieve gevoelens die ik in mijn hoofd en in de rest van mijn lijf had.
Ik hoefde zelfs niet op mijn vinger te drukken, om een grote bloeddruppel te voorschijn te toveren. “Toveren”, die is goed zeg ! De trukkendoos van de diabeet ligt nu in de winkel ! Kortingsbon binnenkort in uw Flair !
Zoals steeds weer, vond de druppel haar weg naar de teststrook.
“Piep” zei het blauwe ding.
Ja, in de wereld van de diabetespatienten kunnen toestellen praten.
Ik weet het, het lijkt u misschien science fiction, maar het is zo hoor.
Dat toestel zei nu dus voor de tweede keer “piep” , en kijk, nu vertelde het me zelfs op de display dat mijn glycemiewaarde 154 was. De techniek staat waarlijk voor niets. Ja, het leven van een diabeet heeft iets van een ondraaglijke lichtheid en mateloze luciditeit in zich. Het speelt zich volledig af tussen twee piepen. Al is de afstand tussen twee piepen niet steeds al even groot. En al is die luciditeit niet steeds iets om opgetogen over te worden
Nu, die waarde vertelde me, als ik in mijn tabel keek, dat ik een bepaalde hoeveelheid insuline moest inspuiten. Nu waren dat twaalf eenheden. Na deze hoeveelheid afgesteld te hebben op de pen, dreef ik dus weer opnieuw, en met de nodige doodsverachting, een naald in mijn lijf. Deze keer wel niet in mijn vinger, maar wel in mijn onderbuik. En opnieuw voelde ik die tong van vuur her en der de binnekant van mijn hoofd aflikken na een oorverdovende detonatie. Ja, diabeten moeten wel verdomde sm-freaken zijn. Anders maak je toch geen speldenkussen van jezelf ? Tik, deed de pen. Dat betekende dat de afgestelde hoeveelheid geinjekteerd was.
De seremonie van elke diabeet was hiermee gedaan.
Of toch niet. Ik moet nog snel mijn waarde noteren in een dagboekske.
Snel is hioer het sleutelwoord, snel, voor je het vergeet.
Want je vergeet het liefst snel.
Iedere diabeet herkent dit wel; of toch, iedere diabeet die zich inspuiten moet.
En ik denk weeral foert.
Ik denk foert, elke keer als ik mijn pennen terug in de kast leg.
En vier keer per dag haal ik ze opnieuw uit die kast.
Want een mens moet verder.
Zegt men me.
En doe ik dan maar.
Al is dat niet steeds met even veel goesting.
Moest ik zo vaak neuken als ik naalden in mij drijf, dan zou mijn fluit een wereldwonder zijn.
En ik een ster.
Een neuk-ster.
Ze noemen dat pornoster, denk ik.
Al heb ik daar geen ondervinding in.
De Humo ligt voor mij op tafel.
Hij ligt open op pagina 135.
Mijn oog valt op Goedele Liekens haar vaginavoordeel.
Je krijgt haar boekje voor een prikje.
Bij de Standaardboekhandel.
Juist, ja.
Voor een prikje....

Geen opmerkingen: